Apparaatcommunicatie beveiligen

VoiceConsole biedt de mogelijkheid om bij het maken van apparaatprofielen SSl-communicatie (Secure Sockets Layer) te gebruiken tussen VoiceConsole en Talkman-apparaten. Zie Beveiligingsoverwegingen om te zien hoe apparaatcommunicatie past binnen een veilige Honeywell Voice Maintenance & Inspection Solution.

Communicatieprotocollen met apparaten

VoiceConsole bevat een parameter voor het selecteren van een beveiligd of niet-beveiligd protocol voor apparaatcommunicatie. Als u van plan bent om communicatie met SSL te beveiligen tussen VoiceConsole en de apparaten die technici bij zich dragen, moet u de optie HTTPS in dit veld selecteren. De standaardinstelling is HTTP.

  1. Navigeer op het tabblad Apparaatbeheer in VoiceConsole naar Apparaatprofielen.
  2. Klik op de actiekoppeling Nieuw apparaatprofiel maken.
  3. Vul de vereiste velden in de wizard Apparaatprofiel in.
  4. Open op de wizardpagina Profiel configureren het tabblad Netwerkconfiguratie.
  5. Selecteer het juiste protocol in het keuzemenu Communicatie van apparaat naar console.
  6. Controleer voordat u het apparaatprofiel voltooit of u alle vereiste parameters hebt opgenomen. Nadat een profiel is gemaakt, kunt u de instellingen in een apparaatprofiel niet meer bewerken.

Deze parameter vertelt de spraakverwerkingssoftware die op de apparaten wordt uitgevoerd om ofwel de HTTP-URL of de HTTPS-URL te gebruiken bij communicatie met VoiceConsole.

Datum en tijd bij beveiligde communicatie

Als een Talkman-apparaat wordt aangezet, probeert het contact te maken met een exemplaar van VoiceConsole op het draadloze netwerk. Als VoiceConsole is geconfigureerd om met SSL beveiligde communicatie te gebruiken, dan is er een HTTPS-certificaat geïnstalleerd met een bepaalde vervaldatum. De datum en tijd van het apparaat moet binnen het datumbereik van het certificaat vallen; als dat niet het geval is, dan mislukt de verbinding met VoiceConsole.

Als het apparaat voor het eerst wordt opgestart of na lang niet te zijn gebruikt en opgeladen, heeft het geen geschiedenis voor de datum en tijd om die eerste verbinding met VoiceConsole te maken. In plaats daarvan probeert het apparaat standaard de huidige datum en tijd van de Microsoft-tijdserver time.windows.com te gebruiken. Als uw netwerk geen toegang heeft tot de standaardtijdserver, configureert u een NTP-server (Network Time Protocol) op de VoiceConsole-server of elders op het draadloze netwerk.

De tijd van de NTP-server moet dicht genoeg bij die van het VoiceConsole-certificaat liggen om verbinding van het apparaat mogelijk te maken. Nadat het apparaat contact heeft gemaakt met VoiceConsole, krijgt het de resterende tijdgegevens die het nodig heeft om te werken voor inspectietoewijzingen: de datum en tijd van VoiceConsole, ongeacht of het zomer- of wintertijd is, en de tijdzone.

NTP inschakelen in een apparaatprofiel

  1. Navigeer op het tabblad Apparaatbeheer in VoiceConsole naar Apparaatprofielen.
  2. Klik op de actiekoppeling Nieuw apparaatprofiel maken.
  3. Vul de vereiste velden in de wizard Apparaatprofiel in.
  4. Open op de wizardpagina Profiel configureren het tabblad Netwerkconfiguratie.
  5. Selecteer het vak NTP-client inschakelen.
  6. Als uw netwerk toegang tot internet beperkt, vervangt u de standaardserver (time.windows.com) door het adres van uw lokale NTP-service.
  7. Controleer voordat u het apparaatprofiel voltooit of u alle vereiste parameters hebt opgenomen. Nadat een profiel is gemaakt, kunt u de instellingen in een apparaatprofiel niet meer bewerken.

Als u een Talkman-apparaat opstart dat niet binnen het tijdbereik van het certificaat valt en geen verbinding kan maken met VoiceConsole, moet u een apparaatprofiel laden met behulp van een seriële kabel. Zie Talkman-apparaten configureren.